De directrice van de Saint Felix School in Suffolk, een middeleeuws stadje in het oosten van Engeland, was niet iemand met een bijzonder spectaculair en avontuurlijk leven. Althans, in de eerste 50 jaar van haar leven. Anne Mustoe werd in 1933 geboren in Nottingham, studeerde klassieke talen en economie in Cambridge, waarna ze aan het werk ging als secretaresse. In 1967 trouwde ze met haar leidinggevende, de 37 jaar oudere Nelson Mustoe, die al drie kinderen uit een eerder huwelijk had. Anne ging later aan de slag als lerares klassieke talen, en maakte vervolgens carrière in het management van de Britse onderwijswereld.
Reizen was toen al een van haar passies, maar wat haar betreft moest dat op een zo comfortabel mogelijk manier, slapend in een goed hotel en iedere avond genietend van een fatsoenlijke maaltijd. Tijdens een van haar schoolvakanties, op reis door India in de winter van 1983, ziet ze in het voorbijgaan in de Tharwoestijn in Rajasthan een Europese man in zijn eentje op een bepakte fiets. De fietser intrigeert haar, een gevoel van jaloezie overvalt haar en eenmaal thuis besluit ze dat ze ook wil gaan fietsen: “… alone and free…”.
De fiets als het ultieme vervoermiddel
Waarom niet? Ze heeft haar leven op orde, een mooie carrière achter de rug, genoeg spaargeld en een appartement in London. Ze is weliswaar sinds 1976 weduwe, maar haar drie stiefkinderen zijn volwassen. Ze heeft altijd van reizen gehouden maar nu lijkt de fiets haar ineens het ultieme vervoermiddel. Het is sneller dan wandelen – “I don’t usually care for walking, as I find it too slow” – maar tegelijkertijd langzaam genoeg om alles om je heen goed te zien, in je op te nemen en met mensen te praten. “Above all, the bicycle was classless”. In de periode daarna buigt ze zich over kaarten, maakt ze plannen en begint ze met de praktische voorbereidingen van een grote fietstocht.
Een paar jaar later, op 31 mei 1987, is het dan eindelijk zover. Anne is dan 54 jaar. Ze heeft ontslag genomen van haar baan als directrice, stapt op de Condor-fiets die ze als afscheidscadeau op de Saint Felix School heeft gekregen en weg is ze. “I was 54, overweight, out of condition and I wobbled slightly on my unfamiliar bicycle”, zoals ze zelf schrijft. De eerste dagen vallen haar zwaar. Lopend moet ze de brug over de Theems over omdat ze de helling fietsend niet haalt. Maar gaandeweg, in Frankrijk, gaat het beter en ontdekt ze dat fietsen inderdaad de perfecte manier van reizen is. Het enige wat je hoeft te doen is ’s ochtends opstaan, ontbijten, je tassen inpakken en op de fiets stappen. “My life was simplicity itself. After years of responsibility, I just couldn’t believe my luck”.
Haar fietstocht voert haar dwars door Europa naar Turkije, India, Thailand, Maleisië en de Verenigde Staten. Na vijftien avontuurlijke maanden komt ze weer thuis in London. Met 12.000 mijl op de teller, vele kilo’s lichter en een enorme hoeveelheid bijzondere indrukken en verhalen.
A Bike Ride, 12000 miles round the world
Al snel wordt haar duidelijk dat ze de wereldreis in een boek wil verwerken. In de winter na haar thuiskomst ontvlucht ze het koude en natte Engeland dan ook om in de Turkse kustplaats Antalya haar eerste boek te schrijven. A Bike Ride. 12000 miles round the world verschijnt in 1991.
Dit nieuwe leven bevalt blijkbaar goed, want ze besluit dat dit haar nieuwe routine wordt. Ze maakt een lange reis, keert terug naar huis, zoekt een plek om de winter door te brengen en schrijft daar haar boek. Tussendoor geeft ze lezingen over haar nieuwe passie. En vervolgens wordt er weer een nieuwe reis bedacht. “When I’m writing, I loose my condition, eat too much and put on weight. Than it’s time for another ride“.
Door haar klassieke academische achtergrond is ze gefascineerd door historische routes en personen. De route die Alexander de Grote aflegde, de Zijderoute, de oude Romeinse wegen, de route van de pioniers in de Verenigde Staten, “…then there are the trade routes across Syria, and the spice routes, the amber routes, the jade routes, the silver routes and the routes of kings, priests and penitents. One route leads to another… and another… and another…”. Deze historische routes vormen de kapstok voor haar tochten, en geven aanleiding voor intellectuele verdieping van haar reisverslagen. Fietsend deze routes volgen geeft haar, als “romantic traveller”, de gelegenheid in de huid te kruipen van al diegenen die daar in de eeuwen daarvoor reisden.
In 1993 verschijnt tweede haar boek, Escaping the Winter. All You Need to Know About Spending Winter Abroad, waarin ze vertelt sinds 1987 geen enkele winter meer thuis te hebben doorgebracht. Als je net als zijzelf een “sun-seeking swallow” bent, en je hebt de tijd en de gelegenheid, ga dan in de winter een paar maanden naar een plek met een warmer klimaat, zo luidt haar advies. Je hoeft er niet rijk voor te zijn. Sterker nog, het leven is op veel plekken in de wereld veel goedkoper dan thuis. “So be bold! It’s easier and cheaper than you think.”
Het zijn overigens niet altijd spectaculaire uitdagende fietstochten dwars door verschillende continenten en lastige landen die ze in de daaropvolgende jaren maakt. Ze onderneemt van tijd tot tijd ook een minder spannende fietstocht van een aantal weken. In haar boek Amber, Furs and Cockleshells. Bike Rides with Pilgrims and Merchants (2005) staan drie van dergelijke kortere routes centraal. De Amber Route van de Baltische Zee naar de Adriatische Zee, de Santa Fe Route door Missouri en New Mexico, en de Camino van Midden-Frankrijk naar het Spaanse Santiago de Compostela.
Ook maakt Mustoe voor haar reizen veelvuldig gebruik van andere vervoermiddelen als vliegtuigen, treinen en bussen. En beroemde – vaak ook veel te drukke – plekken interesseren haar niet bijster, ze houdt er juist van naar kleine onbekende plaatsen te gaan: “I love visiting small places, where no one ever goes, unless they happen to live there”. Zo loopt ze in november 1992 gewoon met een kleine koffer naar busstation Victoria Coach in London, om vervolgens uit te proberen hoe ver je komt als je alleen maar met lokale bussen reist. Heel ver blijkbaar, want een paar maanden later staat ze met haar kleine koffer in Syrië.
Kan iedereen dit?
In haar boek Lone Traveller. One Woman, Two Wheels and the World‘ (1998) schrijft ze over haar tweede reis om de wereld, deze keer van oost naar west. Ze start in Rome en fietst via Lissabon, Zuid-Amerika, Australië en Indonesië over de zijderoute terug naar Rome. Dit doet ze op haar gemak, niet in één keer, maar tijdens verschillende reizen, verspreid over vijf jaar. Ook gaat ze in dit boek uitgebreid in op de vele vragen die ze via brieven, mails en uit het publiek van haar lezingen krijgt: Wat neem je mee op zo’n reis? Wat eet je onderweg? Hoe vind je een slaapplek? Ben je nooit bang? Voel je je niet alleen? Hoe was je je sokken als je in een woestijn bent? “It’s a book for the unfit, the unathletic, the slums and the comfort-loving of any age and either sex.” Iedereen kan dit, lijkt ze ons te willen vertellen. Maar dat is niet helemaal waar. Een paar zaken zijn essentieel. Dat wordt na het lezen van dit boek wel duidelijk. Goede voorbereidingen uiteraard, maar vooral optimisme en geduld.
Je hoeft geen 20-jarige fitte man te zijn met verstand van fietstechniek, zo legt de schrijfster uit. “I’m not young, I’m not sporty, I never train and I still can’t tell a sprocket from a chainring or mend a puncture.” Trainen vooraf doet ze klaarblijkelijk niet: “I train on the journey”. Na een week onderweg te zijn, is ze weer fit, en fietst ze gemiddeld 80 kilometer per dag. Meestal start ze vroeg, zodat ze in de loop van de middag op de plek van bestemming is. Wat dan volgt is een rustige namiddag en avond. Ze leest een boek, kijkt wat rond, gaat ergens eten en drinkt een drankje. Als alles meezit, uiteraard…
Want natuurlijk zijn er ook de tegenslagen die horen bij iedere reis. In Two Wheels in the Dust. From Kathmandu to Kandy (2001) beschrijft ze haar reis over het Indiase subcontinent. Ze wil de route van Ramayana (hét epos van India, en de belangrijkste hoeksteen van het hindoeïsme) volgen, beginnend in Kathmandu in Nepal, dwars door India en eindigend in Kandy in Sri Lanka. Maar halverwege, in 1992, vliegt ze terug naar huis vanwege aanhoudende hoofdpijn waar ze niet vanaf komt, bang voor een ernstige ziekte. In de tweede helft van de jaren ’90 keert ze gewoon weer terug – gezond en wel – en vervolgt ze haar project. Ze is dan overigens al midden zestig, maar dat weerhoudt haar niet van het drinken van biertjes en het roken van joints met de vele backpackers die ze op dit continent tegenkomt.
Nog meer tegenslagen ervaart ze tijdens een reis in 2001 en 2002, relatief dicht bij huis. In Cleopatra’s Needle. Two Wheels by the Water to Cairo (2003) reist ze van London naar Egypte, de omgekeerde reis die de obelisk met die naam eind 19e eeuw maakte. Een schilderij van Monet in een Brits museum doet haar besluiten die tocht zoveel mogelijk langs het water te maken, vanuit London eerst dwars door Frankrijk, Zwitserland, vervolgens langs de Adriatische kust, door Italië, Griekenland, Turkije, Libanon, naar de Nijl. Tijdens deze reis gaat werkelijk alles mis: het weer is vrijwel continue extreem slecht, ze heeft last van haar knie, wordt beroofd in Bari, valt in Griekenland van haar fiets en moet dwars door een moslim-land direct na de aanslag op de Twin Towers. Maar eenmaal weer thuis schrijft Mustoe: “I was a luckless journey. Yet memory is selective. Through the rosy lenses of memory, it was the best, most beautiful of rides.”
Dwars door Zuid-Amerika
Een paar jaar later maakt ze opnieuw een lange fietstocht, ver van huis. Deze keer is Zuid-Amerika het reisdoel. In het eerste deel van de reis treedt ze in de voetsporen van Che Guavara die in 1952 met zijn vriend Alberto Granada een motortocht door Zuid-Amerika maakte. In het tweede deel van het boek volgt ze de fameuze Zilverroute. Zoals ze dat meestal doet, treft ze eerst de nodige voorbereidingen en leert ze de taal. Twee jaar voor vertrek brengt ze de wintermaanden door op Cuba, waar ze in de stad Havana de tijd neemt om Spaanse lessen te nemen. Twee jaar later, november 2004, vertrekt ze vanuit Buenos Aires, Argentinië. Dit keer samen met haar vriendin Katherine, die haar vaker korte tijd vergezeld. Ze fietsen samen dwars door Argentinië, over de Andes naar Chili, Peru, Bolivia en Colombia. In het boek Che Guavara and the Mountain of Silver. By bicycle and train through South America dat in 2007 wordt gepubliceerd, beschrijft ze deze fantastische tocht.
Thuis zijn inmiddels drie van mijn boekenkasten compleet gevuld met boeken van reisschrijvers. Cees Nooteboom, Patrick Leigh Fermor, Freya Stark, Colin Thubron, Norman Lewis, Eric Newby, Robert Kaplan, ze staan er allemaal. Ik heb zo mijn favorieten. De wandeltrilogie van J.J. Voskuil vond ik bijvoorbeeld niet om door te komen, zo negatief als het echtpaar is over veel van wat ze zien en meemaken. Van Ffyona Campbell’s On Foot Through Africa kreeg ik de rillingen omdat Campbell haar reis alleen maar lijkt te zien als één grote wedstrijd waarbij het van belang is zo snel mogelijk van a naar b te rennen.
Humor en optimisme
Anne Mustoe’s zeven boeken horen tot mijn favorieten. Dat heeft te maken met haar rust, humor en optimisme. Om te beginnen is er haar relaxte instelling. Ze gunt zichzelf de tijd, blijft soms een paar dagen ergens waar het haar bevalt. Het deert haar niet als ze vertraging oploopt. Ze neemt ook rustig de tijd voor side-trips. Dan laat ze haar fiets achter, pakt ze een trein, bus of boot en keert weer terug op de plek waar ze is gestopt. Daardoor geeft ze zichzelf ook ruimte om zich onderweg te laten verrassen. “Serendipity rides a bicycle”, zoals ze zelf schrijft.
Daarnaast zijn al haar boeken doorspekt met de haar typerende onderkoelde humor. Tijdens een tocht met vriendin Catherine in Turkije schrijft ze: “There are cyclists who ride up mountains for fun,… we cycle mountains only if they stand in our way.” En over haar – liefst dagelijks – alcoholgebruik: “Alcohol is an excellent killer of intestinal bugs and I’m sure that the main reason my stomach copes so well on my travels is because I disinfect it with a daily dosis”.
Maar het belangrijkste is wel haar grenzeloos optimisme. De fietstochten die zij heeft gemaakt, waren naar mijn mening niet voltooid (en waren überhaupt niet van start gegaan) als Anne niet zo’n optimistisch en onverschrokken persoon was. “I’m by nature an optimist, a drinker of half-fun glasses” zegt ze zelf in meerdere van haar boeken. Bezorgd of bang is ze zelden. “I have been to so many places that the world had shrunk to a familiar comfort zone, like a wel-worn slipper.” Ze lijkt onvermoeibaar in haar passie de wereld te leren kennen, ook op late leeftijd. De uitspraak “I think of the world as a giant, sumptuous fruit-cake, crammed with sights, scents, sounds, peoples and cultures, and the only way to enjoy it is to take it a modest slice at a time” typeert haar misschien wel het meest.
In 2009 vertrekt ze opnieuw uit London voor een lange tocht op haar trouwe Condor-fiets. Ze is dan al 76 jaar. Tijdens die reis wordt ze helaas ziek, in de stad Aleppo in Syrië. Ze wordt opgenomen in een lokaal ziekenhuis en komt te overlijden. De doodsoorzaak is onbekend.
Ze heeft de wereld gelukkig zeven inspirerende boeken nagelaten. En ze heeft genoten van haar leven op de fiets, dat staat vast. Zoals een hotelgast in Larrimah in Australië – die haar gade slaat – op een avond tegen haar zegt: ‘I know why you are so happy. I’ve just worked it out. You can sit down and relax, take things as they come and make yourself at home wherever you are in the world. That’s you’re secret”.
De boeken van Anne Mustoe
- A Bike Ride. 12.000 miles around the world (1991)
- Escaping the Winter. All You Need to Know Spending Winter Abroad (1993)
- Lone Traveller. One Woman, Two Wheels and the World (1998)
- Two Wheels in the Dust. From Kathmandu to Kandy (2001)
- Cleopatra’s Needle. Two Wheels by the Water to Cairo (2003)
- Amber, Furs and Cockleshells. Bike Rides with Pilgrims and Merchants (2005)
- Che Guavara and the Mountain of Silver. By Bicycle and Train through South America (2007).
Deze ode aan Anne Mustoe werd eerder gepubliceerd op het reisportal Passionate Nomads op 26 mei 2021.